dinsdag 27 september 2016

Aftellen naar de huwelijksreis.

Maandagavond, tien over twaalf.
Hanne slaap al eventjes, na een drukke werkdag met wat griep onder de leden.
Ik ben net thuis van een avondje keuvelen met een goede vriend.
En ik realiseer me net dat vandaag over één week het een korte nacht zal zijn. We moeten volgende week dinsdag ochtend rond zes uur in Schiphol zijn, willen we onze vlucht halen.
Er wacht ons nog een drukke week.
Ik heb nog wel wat te doen rond de scriptie die ik schreef, en eindelijk eens wil afwerken. Op Oncologie worden de artsen echt wel nieuwsgierig en ik wil ze met een wetenschappelijk onderbouwd dossier tegen de oren slaan. Dus de kleine details allemaal nog eens verifiëren, de laatste testcasus deze week starten om definitief mijn bevindingen te staven aan de voorspelling van de bloedwaarden die ik volgende maandag ga neerzetten in functie van de 'aanpassingen' die ik deze week zal doorvoeren in voornamelijk de bloedchemie. Om de impact op de bloed hematologie nog maar eens een laatste keer in de verf te zetten. Weldoordacht natuurlijk, want ik wil het vertrek van onze reis niet hypothekeren door waarden beneden alle waarden neer te zetten.
Hanne heeft nog een razend drukke week voor de boeg, de afsluiting van het derde kwartaal, met lange werkdagen.
De reis is dus zeker welkom en iets waar we beiden halsreikend naar uitkijken.
Ik heb me ook geëngageerd om een vriend zijn bedrijf te helpen structureren, en belofte maakt schuld. Dus voor we op reis vertrekken wil ik hem graag van voldoende stof voorzien om de tien dagen dat Hanne en ik eventjes 'unplugged' gaan te kunnen overbruggen met alles wat ik hem heb voorbereid. Om er dan na de reis weer keihard tegen aan te gaan. Zowel Hanne in haar job, als ikzelf in de strijd tegen kanker, en alle andere engagementen die ik tegenover mezelf of anderen aanging.
Zo lang al mogelijk hier blijven rondlopen bijvoorbeeld, mijn leven rekken zo lang ik kan, tot vreugde van sommigen en tot ergernis van velen.
Of enkele goede vrienden met raad en daad bijstaan, met de expertise van een gezond boerenverstand met dertig jaar professionele training, en waarbij ik altijd trouw ben gebleven aan de onweerlegbare eenvoudige boerenlogica met pragmatische en dikwijls out of the box thinking aanpak.
De valiezen maken zal iets voor het weekend zijn, En we mogen wel wat meenemen.
12 kg handbagage elk, en nog eens 23 kg cargobagage elk. Acht onderbroeken, een jeans of twee, enkele T shirts, vijf zwembroeken, een paar schoenen, en een paar teenslippers, enkel shorts, drie paar kousen en dan zal ik er wel ongeveer zijn. En een boek of vier. Ik ga moeten zoeken om 12 van de 23 kg bij elkaar te krijgen. In de handbagage voorzie ik mijn laptop, een boek en een halskussen om wat makkelijker te zitten, hangen, liggen op de vlucht. Ook geen 12 kg...
Hanne gaat wat meer moeite hebben om zich aan de gewichten te houden, wat zoals altijd een onbedwingbare glimlach op mijn gezicht gaat toveren, hoezeer ik me ook ga voorbereiden op de spreekwoordelijke pokerface. Haar valies gaat propvol zitten, en drie vierde komt ongedragen maar wel strijkrijp mee terug.
De ervaring heeft me geleerd me niet te bemoeien, want dat komt op vakantie als een boemerang recht in mijn gezicht terug.
'Liefje, dat kleedje dat ik volgens jou niet mee hoefde en niet mee heb, zou nu wel mooi geweest zijn'. Ik ga dat vermijden en haar haar gang laten gaan. Bij overgewicht op haar valies is er nog altijd de mijne om dat te ondervangen. Op de luchthaven, met de nodige stress, maar de mogelijkheid is er wel.
Eens buiten aan de luchthaven van Curaçao is het sleuren met die bagage niet meer mijn probleem, maar een probleem dat ik graag en vakkundig delegeer naar de taxichauffeur en de kruiers van het resort. Uitpakken zal voor mij een kwestie van tien minuutjes zijn, en dan ga ik richting strandbar voor de eerste cocktail. In zwembroek of short.
Wanneer Hanne daar zal arriveren is een beetje een slag in het duister.
Ik gebruik twee laden van de dressoir, al de rest van de kasten en laden is voor Hanne.
Ik ben er al eens geweest, in dat resort, en de kastruimte is best wel impressionant. Ik hoop dat het voldoende zal zijn.
Heel het resort trouwens is impressionant. Je kan het zo zot niet bedenken of het is er. Van voeding, over drankjes, naar facilitaire voorzieningen tot een wondermooie en perfect onderhouden omgeving. En het is allemaal betaald. Dat is het leuke aan die all inclusive VIP formule. Er is niks, maar dan ook niks dat je moet bijbetalen. Tenzij je een gok wil wagen in het casino natuurlijk. Of je een bijkomende massage met happy ending wil boeken in de welness. Het gebruik van de welness is inclusive, de extra massages niet. Begrijpelijk.
Aan elke all inclusive formule zijn ergens grenzen.
We kijken er naar uit. Negen dagen en acht nachten volstrekte ontspanning, waarbij niks moet, alles mag.
Eens langs het wereldbefaamde Mambo beach wandelen, de Salsa avondjes meepakken, eens tot in Willemstad bollen met het pendelbusje (een avontuur op zich, dat pendelbusje) een bezoekje brengen aan het sea life center, en verpleegsterhaaien voederen, er zijn zoveel dingen om te doen.
Ik zou het drie weken kunnen volhouden, maar dat laat de behandeling en het studieprotocol niet toe. Dit is zo ongeveer het maximum dat ik weg kan, een dag of tien, zonder mijn kanker kansen te geven die ik niet wil geven.
Maar iets is beter dan niks.
Het kort af. En zelfs al staan mijn neutrofielen op nul komma nul, dan nog vertrek ik. Deze keer hebben ze me niet liggen.
Maar ik zal er wel voor zorgen dat de neutrofielen een stuk boven het vereiste minimum van achthonderd ligt.
We zijn dan ook intussen een jaar verder, en een jaar kennis ter zake rijker.
Ze weten dat intussen ook wel op Oncologie, en gaan gewoon niet in discussie. Laat het ons zo stellen dat ze me onderhand ook al wel wat 'kennen', en het me echt gunnen.
Hoe dan ook, de kanker reist mee, en ik zal er wat rekening mee moeten houden.
Maar dat is intussen al meer dan anderhalf jaar zo, ik sleep die rotziekte overal mee naar toe, elke minuut van de dag. En laat het intussen niet meer aan mijn hart komen. Ik zit ermee opgescheept, ik moet ermee verder. Er is geen andere weg.
En het heeft me ook wel één en ander bijgebracht, die rotziekte. Op de ene of de andere manier maakte het een beter mens van me. Met meer, veel meer geduld, een stevige portie zelf-relativisme, en een andere, mildere kijk op dingen. Het is alsof de essentie van het bestaan ineens een stuk duidelijker is geworden, en ik ben me daar naar gaan gedragen. In al zijn hardheid heeft de ziekte me gevormd, me levenslessen bijgebracht die die ik zonder deze kanker nooit zou geleerd hebben. Kanker is niet leuk, dat klopt. Je hebt dat liever niet. Kanker ondergraaft je fysieke wel voelen, en begrenst je fysieke mogelijkheden drastisch. Kanker doet je er ineens uiterlijk totaal anders uit zien.
Maar als je dat aanvaard, en de toch wel exuberante nevenwerkingen van de behandeling accepteert, dan kan kanker je ook wel echt dingen leren, en bijbrengen.
Want een huwelijksreisje plannen wordt een complex project, en is ineens niet meer vanzelfsprekend.
Je voelt je dankbaar dat je het nog mag en kan. Ook al moet ik het diepzeeduiken aan me voorbij laten gaan, omdat ik dat fysiek niet meer aankan, en het mijn bloedwaarden ook niet dadelijk het meest goede idee is. Wat niet wegneemt dat ik eens zo meer geniet van mijn vrouw haar verhalen, die deze kans moet grijpen om daar te gaan duiken en me haar avonturen 's avonds bij het live teppanyaki koken uitgebreid zal vertellen. De jaloezie die ik in het begin wel eens voelde van 'ik kan dit niet meer' ben ik allang gepasseerd en heeft plaats gemaakt voor het hartelijk gunnen aan anderen wat ik niet meer kan. Want het kan snel keren, en dan heb je spijt dat je vroeger de kansen niet hebt gegrepen.
Geef mij intussen maar een goed boek en een zetel onder een palmboom, met een lekker drankje op het tafeltje naast mij. Quality time krijgt een diepere betekenis en andere dimensie als je dagen geteld zijn.
Ik ben allang blij dat ik het allemaal nog mag meemaken.
Dikwijls als toeschouwer, soms als participant.
Het is me allemaal ok. Ik leef in geleende tijd, snap je? Elke nieuwe dag is een extraatje, principieel had ik allang, al meer dan een jaar, onder de zoden moeten liggen.
Carpe Diem, elke dag opnieuw, maar wel met een plan, een agenda en actiepunten. Want zo is de aard van dit beestje. Ik weet wat ik morgen op de agenda heb. Wat haalbaar is. Ervaringsdeskundigheid intussen. En in plaats van gefrustreerd rond te lopen over wat ik allemaal niet meer kan, ben ik dankbaar voor de dingen die ik wel nog kan. En dat is best nog wel wat. Misschien wat langzamer als vroeger, fysieke dingen dan toch, maar geestelijk ben ik nog nooit zo helder geweest. De 'testbeeld achter de ogen' dagen niet meegerekend dan. Maar die zijn gelukkig beperkt tot enkele dagen per maand.
Over het algemeen sta ik geestelijk zeer scherp, denk nog sneller dan vroeger, ben heel erg analytisch ingesteld en zie veel makkelijker de causale verbanden tussen-  en de coherentie van een geheel.
Een vreemde ervaring, maar door kanker verandert je perceptie, zijn dingen scherper en duidelijker afgetekend, en komt de essentie bovendrijven op de massa futiliteiten waar je 'gezonde' medemensen in verloren lopen.
Zoals je doodergeren dat het mangosapje eventjes op is aan de strandbar. Neem dan een appelsapje, en daarna een mangosapje... Flauw voorbeeld, maar het zegt wel wat. Ik kan een glimlach niet onderdrukken als ik iemand zich zie druk maken in die futiliteiten. Ooit was ik ook zo. Voor de kanker, en da's uiteindelijk nog niet zo heel lang geleden.
Ik probeer alles wat ik vandaag onderneem van de eerste keer goed te doen. Omdat er eigenlijk geen tijd meer is om dingen twee of drie keer over te doen voor het gewenste resultaat bereikt is.
Want een lijk kan niks meer...
Ik probeer mijn ervaringen, en de innerlijke rust die ik vond na de aanvaarding van de diagnose en de gevolgen van die kanker over te dragen aan de mensen rondom mij. In de hoop dat ze dat licht zien branden zonder door de hel van kanker te gaan.
De zin van wat een zinloze ziekte lijkt.
Alles heeft een bestaansreden. Ook kanker. Het is maar wat je er mee doet.
Het kwam op mijn pad. Ik was er niet blij mee, en ben dat nog altijd niet.
Maar ik probeer er wel iets zinvols mee te doen. Voor mezelf, maar vooral voor de mensen rondom mij.
Kanker zet je bruusk met je twee voeten op de grond, en geeft je intussen gelijk een gezond je m'en foutisme mee. Een subtiel evenwicht dat ik zonder de kanker waarschijnlijk nooit had gevonden.
Dus ben ik dankbaar dat ik toch nog op huwelijksreis kan, met de vrouw van mijn leven, en op een moment dat iedereen me allang had opgeven.
Want als ik een jaar geleden tegen de oncologen had verteld dat ik aanstaande dinsdag zou vertrekken naar de Caraïben had me dat ongetwijfeld een collectie smoelen opgeleverd waar het medelijden en het 'Peter, stop dit wishfull thinking' vanaf droop.
We vertrekken, Hanne en ik. Aanstaande dinsdag, om een uur of half vijf in de ochtend, met de wagen, richting Schiphol. Om daar om kwart over acht op te stijgen richting Curaçao.
Waar een wil is, is een weg. Dat heb ik ook geleerd. Altijd wel al geweten hoor, maar sedert de kanker ook echt geleerd.
Ik ga voor het eerst in mijn leven met de vrouw van mijn leven op huwelijksreis. Naar een klein idyllisch eiland, met hagelwitte stranden en azuurblauw helder zeewater. Samen genieten. Van alles wat de vakantie te bieden heeft. Genieten. Ook al ga ik de eerste dagen een bakkes vol aften hebben. Je m'en fou. Chivas 12 years is daarvoor een goed ontsmettingsmiddel. Vrij verkrijgbaar. Inbegrepen.
Als je daar niet dankbaar voor kan zijn ben je een verbitterde azijnpisser.
Azijn dient om ramen te lappen, zuurzoete sausjes te maken, of een saladedressing, niet om zo te drinken en daarna uit te pissen...
Om te lachen heb je een achttal spieren nodig.
Om een zuur gezicht te trekken meer dan dertig...
Vermoeiend...
Er zijn plezantere manieren om moe te worden.
Denk ik dan zo...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten