Tijd voor
een blogupdate.
Vind ik
zelf. Al weet ik niet goed waar ik moet beginnen.
Waar begin
je een einde?
Bij het
begin van het einde? En waar begint dat einde dan wel?
Tellen de
dagen op van bij je geboorte, of begint dan al de countdown?
Levensbeschouwelijke
vragen die rijzen, wanneer je weet dat dit einde met rassenschreden korter bij
komt.
Want dit
stukje gaat over het laatste hoofdstuk, voor het doek valt.
Of zou daar
moeten over gaan.
In welke
richting dat je ook telt, op of af van bij je geboorte, ooit ben je uitgeteld.
Iedereen
geraakt ooit aan het einde van zijn of haar lintmeter.
Mijn
lintmeter is bijna op. Nog een stuk of honderd dagen te knippen, met wat geluk
misschien nog wel tweehonderd, maar dan moet het al heel erg meezitten.
De boodschap
woensdag was klaar en duidelijk. De prof heeft er op mijn vraag van in het
begin nooit veel doekjes om gewonden, en deed dat voorbije woensdag ook niet.
Hij heeft
geen munitie meer op zijn geweer. Ik heb intussen alles gekregen wat me meer tijd
kon kopen en ook heeft gekocht. Met andere woorden, ik ben ‘uitbehandeld’.
Genezen zat
er niet in, dat heeft er nooit ingezeten.
Dat wist ik
ook van bij de diagnose.
Hij raadde
me aan om eens te ‘gaan horen’ bij de collega’s van algemene oncologie. Of die
niet ergens een studie in fase één hadden die mij misschien nog een tijdje
langer onder de levenden kan houden. Al zei hij er wel gelijk bij dat er geen
enkele garantie was dat deze nieuwe, nog nooit op mensen geteste medicijnen
zouden aanslaan. Hij keek richting immuuntherapie, maar vertelde er gelijk bij
dat voor kleincellige kankers er tot op heden nog geen zulk een therapie
ontwikkeld was.
Ook zei hij
dat hij me wel wat kon geven, maar dat zijn ethiek hem daarin tegenhield omdat
die chemo fataal zou zijn, van bij de eerste toediening.
Het heeft me
aan het denken gezet.
Maandag ben
ik naar die bollebozen van Algemene oncologie geweest. En zoals ik eigenlijk al
wel wist hadden ze niet direct een studie liggen. Toch niet gericht op
kwalitatieve levensverlenging. Wel in een breed spectrum, met andere woorden
voor ‘kanker’ in het algemeen, en eerder gericht op determineren van ‘de’ lethale
dosis en bijwerkingen dan wel op het in remissie brengen van tumoren. Ik heb me laten op het ‘wachtlijstje’ zetten
met de randopmerking dat ik wil geïnformeerd worden over de chemie van het
experimentele geneesmiddel voor ik ergens instap.
Want laat
dit duidelijk zijn. Me doodziek laten maken om er twee maanden extra bij aan te
breien en dan rochelend en uitgemergeld de pijp uit te gaan, dat doe ik niet. Om
God weet welke nevenwerkingen allemaal er voor lief bij te gaan nemen, zodat ik
met nul levenskwaliteit hier nog wat langer rondsukkel is geen optie. Ook dat
heb ik verteld aan die bolleboos.
Het was niet
dadelijk één van de meest constructieve gesprekken.
Het zal wel
aan mij gelegen hebben.
Als je me
gaat uitleggen hoe een fase één studie verloopt, en je begint met een
maagdelijk wit blad papier te nemen om daar dan een muisje op te tekenen dan
heb je niet meteen de aandacht die je wil van me. Je hebt dan wel mijn
aandacht, absoluut, om je te pakken op fouten in je kleuteruitleg. Wat ik ook
deed.
Ik zag de
bolleboos kleiner worden door de gerichte vragen die ik hem stelde.
Na intussen
498 dosissen chemo te hebben verteerd, en het hele scala aan alle mogelijke
nevenwerkingen te zijn doorgegaan in alle gradaties heb ik zoiets van ‘het is
nu wel genoeg geweest’.
Ik ga me
echt niet ziek laten maken met het ene of het andere mogelijks batend medicijn
waarbij de kans dat ik er alleen maar zieker van wordt door nevenwerkingen zo’n
tien tot vijftien keer groter is dan dat ik er ook effectief langer door ga
leven.
Laat me dan
de tijd die me rest nog even genieten zonder al die bijwerkingen. Want doordat
de chemo gestopt is, gaan die nevenwerkingen verdwijnen.
Er zal
tumorpijn in de plaats komen, maar daar bestaan pijnstillers voor.
Ik geef niet
op. Er zijn nog andere ziekenhuizen met een oncologische research afdeling die
misschien wel ergens iets in studie hebben dat wat meer op kleincellige kankers
is gericht en waar ik wel wat in zou kunnen geloven.
Al zal het
bij tijd kopen blijven. En ik ben niet bereid die tijd tegen elke prijs te
kopen.
Ze zullen
het me ook niet komen vertellen. Ik zal er achter moeten gaan vragen. Wat ik
ook zal doen.
Al is de
kans minuscuul klein dat er nog iets ligt. Ik heb vrede met die wetenschap en ga
er dan ook aldus mee om.
Al bij al
heb ik niet te klagen. Ik kreeg veel meer tijd dan de mediaan van patiënten met
mijn ziekte. Twee jaar en half erbij.
Dat is een
onbetaalbaar geschenk.
Twee jaar en
half die ik veel intenser heb beleefd en geleefd dan de vijftig voorgaande
jaren.
Waarin ik me
veel meer bewust was van het werkwoord ‘leven’.
Twee en half
jaar die me diepere inzichten brachten, relativeringvermogen, zelfbewustzijn en
empathie.
Twee jaar
naast de dagelijkse ratrace waarbij ik als toeschouwer aan de zijlijn toekeek
naar wat bijna alle anderen vandaag aan luchtledigheid en totaal inhoudsloze
waarden, normen en verworvenheden nahollen.
Het toverde
soms een glimlach op mijn gezicht, dikwijls meewarigheid en medelijden.
Het
verwonderde me ook waar mensen zich druk over kunnen maken, de futiele dingen
die hen bezighouden, de lange tenen overal.
Ik heb
verbaasd staan kijken naar hoe weinig mensen nog een rustpunt hebben in hun
leven. Hoe iedereen altijd maar bezig is, elke nanoseconde van hun bestaan en
totaal aan de essentie ervan voorbij gaan.
De mens
wordt geacht de meest intelligente levensvorm te zijn op deze aarde.
Twee jaar en
half toekijken heeft me hier zeker niet van overtuigd. Integendeel.
We zijn
vandaag allemaal nogal veel, zo niet exclusief bezig met onszelf.
We willen
allemaal meer, beter, groter, hipper, exclusiever, imposanter, en dikwijls op
kap- of ten koste van iemand anders.
De wow of X
factor uitvergroot tot een zielige persiflage van wat het eigenlijk wil
vertellen.
De eenvoud
is wat zoek geraakt, samen met tevredenheid.
Alles wat we
doen moet in functie staan van doelen, KPI’s, deadlines waar de zin me volledig
van ontgaat.
Iedereen wil
uitpakken, indruk maken, een titel verwerven die een dyslectisch iemand nooit
krijgt uitgesproken.
Onze
kinderen zijn allemaal hoogbegaafd, en als we het klaarkregen zouden we tijd
steken in onze goudvis om die te leren
differentiaal en integraal vraagstukken
op te lossen gewoon om indruk te maken op anderen. Want geef toe, er zit niet
veel zin in een rekenende goudvis.
Vandaag is
een woning die niet beschikt over ten minste twee badkamers, een keuken
voorzien van snufjes die we nooit gebruiken inclusief buitenkeuken en master
bedroom met inloopkast gelijk aan wonen in een grot…
We moeten
het allemaal kunnen aansturen vanop onze smartphone.
De koelkast
van tegenwoordig is intelligent genoeg om je via een app te vertellen dat je
melk bijna op is.
Absurd.
Nog veel
absurder is dat we allemaal geloven dat we dit ook nodig hebben om gelukkig te
zijn.
Ik heb wel
wat geleerd in de voorbije, erbij gekregen twee en half jaar.
Niet zozeer veel,
maar wel heel erg waardevol.
En als ik
dat dan even zou wegen, de kwaliteit van wat ik mocht leren in die laatste twee
en half jaar ten opzichte van alles wat ik mocht leren in de voorgaande vijftig
jaar, dan is er nu een evenwicht. Omdat ik leerde alle ballast van de voorbije
vijftig jaar te dumpen, over te houden wat waarlijk belangrijk is, en dat
verder uit te diepen.
Minder is
meer.
Altijd.
Overdaad
schaadt.
Altijd.
De zon
schijnt.
Altijd.
Ook ’s
nachts. Aan de andere kant van de wereld weliswaar, maar ze schijnt.
Ook als het
regent. Boven de wolken, maar ze schijnt.
Tevredenheid
zit in je hart.
En nergens
anders.
Niet in
verworven spullen, een maatschappelijk aanzien, veel centen of een kast van een
huis.
Onbaatzuchtigheid
baat.
Altijd.
Mierenneuken
en muggenziften zijn de ingrediënten die de saus op je leven doen schiften.
Iedereen
gaat dood.
Ooit. En het
leven gaat daarna gewoon verder.
Elk begin
heeft een einde. En elk einde een begin.
Geen begin
zonder einde. Of geen einde zonder begin.
Één plus één
is twee. Nog altijd.
Dankbaarheid
is een emotie die je niet kan leren. Er zijn mensen die deze vaardigheid
missen. Heb medelijden met hen.
Om te
glimlachen heb je acht spieren nodig.
Om een zuur
gezicht te trekken meer dan dertig.
Elke dag is
een geschenk. Ook al lijkt dat niet altijd zo.
Elke dag
brengt je een dag korter bij je laatste dag. Die laatste dag kan morgen zijn.
Leef dan ook elke dag alsof het je voorlaatste is.
De pen is
scherper dan het zwaard. De tong harder dan een vuistslag. Dit was een harde
les voor mij.
Vergeef,
maar vergeet niet. En blijf niet vergeven. Soms is het beter bepaalde individuen
te bannen uit je leven.
Kies. Eet
niet van twee of meer walletjes, maar kies. En blijf geloven in je keuze, ook
al lijkt dat soms moeilijk.
Opportunisme
is denken op hele korte termijn. En komt bijna altijd als een boemerang terug,
vol in je gelaat.
Opportuniteiten
zien is een talent, en heeft niks te maken met opportunisme.
Ik kan zo
nog wel even doorgaan.
Al vind ik
het niet nodig.
Ik ben
dankbaar voor wat ik kreeg. Alles wat op mijn pad kwam bleek zinvol te zijn
geweest. Hoe hard of moeilijk de obstakels ook waren.
En wat er
komt zal ook zinvol zijn.
Die magere
met zijn zeis heeft me in de smiezen.
Ik zie hem
staan.
Ik heb er
vrede mee.
Hij weet
niet goed wat hij aan moet met mijn vriendelijke glimlach.
Hij aarzelt.
Ik ga hem
laten zwaaien met zijn zeis. Ik gun hem dat. Het is zijn bestaansreden.
De rebel in
mij zegt zelf het draadje door te knippen, gewoon om zijn bestaansrecht
onderuit te halen.
Maar dan
maak ik het hem te gemakkelijk.
Voor het
eerst in mijn leven voel ik me echt ‘untouchable’.
Wanneer je
niet meer bang bent voor het ultieme gevaar, dan werkt dat bevrijdend.
Laat samen
met mij die angst los.
Zo gaan we
samen nog een korte, maar onvergetelijke tijd tegemoet.
And nothing
else matters…
Perfect verwoord... zo iemand gaat in vrede en dat is heel erg zinvol. Als je hen vroeg of laat ontmoet, groet dan onze twee heerlijke voorgangers die met 'a touch of Rose' en 'a sound of Chris' het geloof, de hoop en de liefde levend houden... tot we herenigd zijn... Goede reis naar waar geen tijd meer tikt...
BeantwoordenVerwijderenWow..deze lotgenoot(in remissie) heb je alvast stil gekregen
BeantwoordenVerwijderenR.E.S.P.E.C.T.
BeantwoordenVerwijderen